ASML GEEFT MIJ EEN ONBEHAAGLIJK GEVOEL
Ik weet het, ik ben lang van stof, maar iedere keer als ik de naam #ASML lees krijg ik een onbehaaglijk gevoel.
Dus een korte opsomming van wat ik lees in de media gelezen door mijn leesbril van het Kruidvat.
In Veldhoven groeit niet alleen de campus van ASML, maar ook de onrust. De trotse vlaggen van Brainport wapperen in de wind, terwijl onderaan de heuvel van economische voorspoed de huizenprijzen parabolisch stijgen. De een noemt het “technologische vooruitgang”, de ander “een plofkip‑economie” — vetgemest op vertrouwen, volgepompt met overheidsgeld en klaar om te barsten.
De chip als nieuw geloof
De lokale politiek – ooit bedoeld als tegenmacht – lijkt inmiddels niet veel meer dan de fanclub van het moederbedrijf. Burgemeester Dijsselbloem spreekt over “strategische autonomie” alsof hij de PR‑afdeling van ASML is. Wethouder Steenbakkers noemt uitbreiding “cruciaal voor onze toekomst”, maar bedoelt vooral: *zeg niets wat de directie boos maakt*. Want wie tegen ASML zegt “nee”, dreigt het volgende persbericht te krijgen: “ASML overweegt vertrek naar Frankrijk.” Dat klinkt als chantage, maar Den Haag noemt het gewoon “onderhandelen”.
Wat vroeger nationaal beleid heette, is nu risicomanagement voor één multinational. Operatie Beethoven – miljarden euro’s om de regio leefbaar te houden – is in werkelijkheid een reddingsplan vóór ASML. Wegen, woningen, scholen, stroom, alles wordt uitgelijnd op één ritme. Brainport klinkt als een orkest, maar speelt op één instrument.
Betaalbaar, maar dan anders
ASML belooft “mee te betalen aan betaalbare woningen” – en dat doen ze ook. Alleen is hun definitie van *betaalbaar* iets anders dan die van de gemiddelde bouwvakker of verpleegkundige. Betaalbare huur vanaf duizend euro per maand? Betaalbare koop vanaf vier ton? Voor de meeste starters is dat geen woonbeleid, maar cabaret.
De expats, massaal aangetrokken door het ASML‑wonder, hebben intussen de sleutel van het huis. Eén op de tien woningen in Veldhoven wordt aan hen verkocht, vaak met tienduizenden euro’s overvraag. Ook in de wijk Genderbeemd in Eindhoven is de voertaal Engels geworden. Makelaars lachen er hun tandvullingen uit; starters verdwijnen naar Weert, Helmond en Venlo en zelfs naar België. En wij, de bewoners die hier al decennia belasting betalen, mogen blij zijn als we nog een parkeerplek vinden na zessen.
De mens als bijzaak
Ondertussen klaagt men bij de bushalte: “Ze zeggen dat ASML goed is voor iedereen, maar ik voel het nergens aan.” De infrastructuur piept, het zorgpersoneel vertrekt, scholen moeten leraren lokken met gratis woningdeelprojecten. De Brainport‑belofte van “welvaart voor de hele regio” verandert langzaam in een *winnende minderheid* — de hoogopgeleide elite die wél kan meebewegen met de groei, gesponsord door publieke voorzieningen en politieke volgzaamheid.
ASML zelf doet zichtbaar aan maatschappelijke PR: sponsoring van culturele instellingen, donaties aan voedselbanken, vrijwilligersprojecten. Mooie gebaren, maar tegelijk symbolisch. De kern van het probleem – de ruimtedruk, woningnood, ongelijkheid – blijft intact. De glitter is voor de buitenwereld, de frictie voor de buren.
Brainport of Breinbreuk?
Toekomstscenario’s van planbureaus en universiteiten zijn helder: als ASML straks afkoelt of deels automatiseert, kan de hele regio een recessie‑achtige naschok krijgen. De huizenmarkt is dan een kaartenhuis: gebouwd op expatgeluk en brute marktkracht. Dan staan niet alleen de parkeerplaatsen leeg, maar ook de beloftes.
De ironie is dat ASML zelf al nadenkt over duurzaamheid, balans en “veerkracht”. Alleen bedoelen ze veerkracht van de productieketen, niet van de inwoners. De rest moet vertrouwen dat het bedrijf ook aan onze toekomst denkt. Maar bedrijven denken niet in mensen, ze denken in marges.
Slot: wie durft nog “nee” te zeggen?
De politiek staat erbij en applaudisseert. Wie kritiek heeft, wordt weggezet als zuur, als achterblijver of – mijn favoriet – “niet‑visionair”. Maar visionair zijn betekent juist verder kijken dan het kwartaalrapport. Over tien jaar, als de groei vlakt, zal blijken dat de trots van vandaag misschien de last van morgen is.
ASML is fenomenaal, dat is waar. Zonder het bedrijf zou Nederland minder glans hebben. Maar wie alles inzet op één troef, gokt niet op de toekomst — hij koopt tijd. En tijd, zelfs in deze regio, is een eindige grondstof.
Dus ja, ik gun ASML hun groei. Maar ik gun mezelf, en mijn stad, ook een beetje adem.

Reacties