Elluf-Elluf
Elluf-Elluf vorig jaar in Eindhoven was er eentje om nooit te vergeten – al was het meer vanwege mijn eigen gestuntel dan om het feest zelf. Als doorgewinterde carnavalsvierder had ik mezelf van tevoren helemaal klaargestoomd. De outfit was perfect: een hoed die net te groot was, een jas vol bellen en franjes, en natuurlijk een toeter die de glansdagen van Carnaval al een paar keer had meegemaakt. Je kent het wel – alles erop en eraan. Thuis had ik alvast een paar biertjes gedronken, want niets brengt je zo in de stemming als een paar zelf getapte pilsjes. Met dat goede gevoel vertrok ik naar het Stratumseind, volledig overtuigd dat ik dé aftrap van Carnaval niet zou missen.
Maar toen ik daar eenmaal aankwam, begon ik te twijfelen. De mensen om me heen keken me aan alsof ik zojuist uit een andere dimensie was komen vallen. Geen enkel carnavalskostuum te bekennen – geen boerke, geen prins, geen clown. Alleen gewone mensen in normale kleren die me aanstaarden met een mengeling van verbazing en, durf ik het te zeggen, lichte paniek in hun ogen. Even dacht ik dat ik misschien te vroeg was, maar dat klopte niet met mijn – overigens best aardig aangeschoten – herinneringen van voorgaande jaren.
Toen viel het kwartje: ik stond midden tussen de Glow-bezoekers! Mensen die speciaal naar Eindhoven waren gekomen om moderne kunstwerken te bewonderen, lichtprojecties te bekijken en serene wandelingen door de stad te maken. En daar stond ik, als een dolle carnavalsvierder met een toeter in de hand en de geur van bier in mijn kielzog. Ik hoefde geen glazen bol om te zien wat die mensen dachten: “Die vent moet wel stoned zijn als een garnaal.” Nou, dat was ik gelukkig niet – hooguit wat beneveld van die paar biertjes.
En alsof het niet gênant genoeg was, had ik ook nog eens de verkeerde locatie in mijn hoofd. De jarenlange traditie had altijd gezegd: aftrap van Carnaval? Stratumseind, natuurlijk! Maar nee, vorig jaar hadden die moderne bestuursleden besloten dat de feestelijkheden op de Eindhovense Markt plaatsvonden. Met het schaamrood op mijn wangen en mijn carnavalsblunder nog vers in gedachten, zette ik koers naar de Markt.
Daar aangekomen viel ik gelukkig meteen in het feestgedruis. En ja hoor, de sfeer was er, de mensen waren er, de muziek was er. Alleen… de prijs van een biertje was daar ook. Toen ik de prijs hoorde, leek het even alsof ik met een donderslag uit mijn carnavalsdroom wakker werd geschud. Ik begreep eindelijk wat die “M” van de kroeg daar betekende: “MEER.” Meer omzet, meer winst, meer van alles, vooral tijdens dit soort feesten. Maar ach, ik lachte het maar weg, hief mijn glas en proostte op Carnaval – én op mezelf, de verloren carnavalsganger die zijn eigen feestje begon tussen de Glow-lichten.
Reacties